Vernieuwing normenkader voor indiceren van zorg thuis
- 23 mei 2024
- Nieuwsbericht
- V&VN Algemeen
Hoe zorg je dat je als verpleegkundige de juiste indicatie stelt? Sinds 2015 geeft het normenkader van V&VN duidelijkheid over de eisen waar wij als verpleegkundigen aan voldoen wanneer we zorg thuis indiceren. De ontwikkelingen in de wijk zijn sindsdien razendsnel gegaan. In de praktijk blijkt dat de interpretatie van de normen discussie oplevert tussen verpleegkundigen, zorgaanbieders en zorgverzekeraars. Ongewenste praktijkvariatie is dan dichtbij. Hoog tijd voor een vernieuwing van het normenkader om de indicaties te verbeteren en ongewenste praktijkvariatie te verminderen. In juni kunnen alle verpleegkundigen die in een wijkteam werken en betrokken zijn bij indicatiestelling hier invloed op uitoefenen in een achterbanraadpleging.
Valerie Schipper, voorzitter van V&VN Wijkverpleegkundigen hoopt op een grote respons van verpleegkundigen in het hele land. “Het is belangrijk dat we met zo veel mogelijk collega’s een sterk normenkader neerzetten waar we samen achter staan. Zo verbeteren we de indicaties en zijn we weer scherp op wat we met elkaar hebben afgesproken.”
Ongewenste praktijkvariatie
Wijkverpleegkundigen moeten op dezelfde manier en met een goede basiskennis een indicatie bij cliënten kunnen stellen. Uit het onderzoek Praktijkvariatie blijkt dat wijkverpleegkundigen niet allemaal op dezelfde manier indiceren. Dat leidt in de praktijk tot variaties. “Dat kan ook niet anders, omdat bij cliënten met hetzelfde ziektebeeld de zorgvraag en de thuissituatie heel anders kunnen zijn”, vertelt Schipper. “Praktijkvariatie is niet erg, maar er is ook sprake van ongewenste praktijkvariatie. Daar moeten we met elkaar mee aan de slag.” Ze noemt een voorbeeld. “De ene wijkverpleegkundige zet bijvoorbeeld gelijk zorg in, de ander zoekt naar de vraag achter de vraag. Neem een cliënt waarbij vier keer per dag de ogen moeten worden gedruppeld. De cliënt krijgt een druppelbril, zodat ze dit zelf kan doen. Ze zegt dat het niet lukt en vraagt of er toch iemand langs kan komen. Je kunt dan vier keer per dag zorg organiseren, maar in dit geval kom je er na doorvragen achter dat het wel lukt, maar dat de cliënt het spannend vindt om na een zorgtraject alleen thuis te zijn. Dan zet je een andere interventie in, bijvoorbeeld een passende dagbesteding, een activiteit met de buurtorganisatie of dagelijks koffiedrinken met de buurvrouw. Het antwoord is niet altijd inzetten van zorg.”
Vakbekwaam indiceren
In het onderzoek Praktijkvariatie staan aanwijzingen dat intercollegiale toetsing de indicatiestelling kan verbeteren. Dat komt ook uit naar voren in de resultaten van de enquête die V&VN Wijkverpleegkundigen Expertkring Indiceren & Intercollegiale Toetsing vorig jaar onder wijk, dementie- en kinderverpleegkundigen heeft gehouden. Zij komen met een statement om aantoonbaar vakbekwaam te indiceren. Voor het vakbekwaam indiceren is het volgens de Expertkring onder andere nodig dat indicerend verpleegkundigen minimaal drie keer per jaar cliëntcasussen toetsen met collega’s. En dat iedereen die vanaf 2025 nieuw is in de wijk een officiële training indicatiestellen volgt. Schipper: “Het onderzoek wijst ook uit dat lang niet iedere indicerend verpleegkundige de basiskennis heeft voor indiceren in de wijkverpleging. Tijdens de opleiding wordt minimaal aandacht besteed aan indiceren. Je leert het in de praktijk. Als je meeloopt, leer je het van een wijkverpleegkundige die ook fouten kan maken. Een officiële training geeft houvast en met intercollegiale toetsing leer je van elkaar en kun je nieuwe inzichten en ontwikkelingen delen. Zo houd je elkaar scherp.”
Denk mee over nieuwe normenkader
Schipper: “De normen van 2015 waren toen prima, maar de tijd heeft geleerd dat ze nog scherper kunnen. Wat bedoelen we er nu precies mee? Wanneer ben je vakbekwaam? Hoe zorg je dat je de juiste indicatie stelt? We hopen dat zo veel mogelijk verpleegkundigen in juni meedoen aan de achterbanraadpleging om een sterk normenkader neer te zetten.” In de achterbanraadpleging kun je reageren op een eerste concept van het vernieuwde normenkader. Dat concept is opgesteld door een projectgroep die bestaat uit verpleegkundigen uit de V&VN-afdelingen Wijkverpleegkundigen, Vrouw & Kind, Dementieverpleegkundigen en Technische Thuiszorgverpleegkundigen.
- Ben jij onderdeel van een wijkteam? En indiceer je of ben je betrokken bij indicatiestelling? Dan kun je begin juni meedoen met de achterbanraadpleging. De vragenlijst wordt verspreid via de website en nieuwsbrieven van V&VN én via werkgevers. Leden en niet-leden van V&VN kunnen meedoen.
- Webinar. De reacties op de vragenlijst worden verwerkt door de projectgroep, waarna er in de 1e week van augustus een tweede raadpleging plaatsvindt in een webinar. Tijdens het invullen van de vragenlijst van de eerste raadpleging is het mogelijk om je op te geven voor dit webinar.
Word lid en praat mee!
Samen met 105.000 leden maken we ons als beroepsvereniging sterk voor professionalisering van de beroepen verpleegkundige, verzorgende en verpleegkundig specialist. Leden horen, zien en helpen; dat is waar we als V&VN voor staan. Wil jij invloed hebben op hoe jouw beroep zich ontwikkelt? Word lid van V&VN.